Op zondag 17 juni 2018 sprak Damien Artiges van katholieke charismatische Gemeenschap Chemin Neuf over de uitverkiezing van Israël als uitdaging voor de eenheid onder de christenen. Hij heeft er op ons verzoek een artikel van gemaakt.
Met een brede blik over de geschiedenis van de Kerk door de eeuwen heen kun je het volgende vaststellen: de Kerk begon binnen het Jodendom, daarna werden niet-joodse bekeerlingen daarin opgenomen, maar ze kregen de overhand en er was uiteindelijk binnen de Kerk geen zichtbare plaats meer voor joden, met behoud van hun joodse identiteit. En dit terwijl het verbond tussen God en Israël nooit is herroepen: Paulus schrijft dat God geen berouw kent over zijn genadegaven aan Israël (Romeinen 11,29). Het lijkt of nu de tijd is gekomen om op dit proces van scheiding tussen de christelijke Kerk en het Jodendom kritisch terug te kijken.
Joden werden 'geassimileerd'
De Kerk is bedoeld om een universele gemeenschap te worden voor mensen uit alle volken. Maar hoe moet je dit christelijk universalisme verstaan? Volgens Lenin was het ‘assimilationisme’ een voorwaarde om het communisme vorm te geven: mensen uit alle volken voegen zich samen in één grote internationale gemeenschap en mogen niet aan hun nationale identiteit gehecht blijven. Opmerkelijk genoeg begint Lenin eerst te spreken over de Joden: goede Joden geven hun identiteit op voor communisme. Joden die dit weigeren, wijst hij af als bewonderaars van het verleden. In de Kerk is eigenlijk iets dergelijks gebeurd: Joden werden 'geassimileerd'. Lenin: ‘Goede Joden geven hun identiteit op.’
Hitler
Het is ook vergelijkbaar met het nazisme, waarmee Hitler met het Arische ras een nieuw volk van God wilde vormen gebaseerd op een racistische ideologie. Daarom haatte hij de joden die zich volk van God noemden. Hitlers leus was: ‘Gott mit uns’ (dit opschrift stond op de gordel van de soldaten van de Wehrmacht). Maar als christenen doen we hetzelfde als we zeggen: wij zijn nu het volk van God, Israël niet meer.
Medeplichtigheid
Het communisme en het nazisme zijn in wezen allebei heel erg anti-christelijk, maar toch is hier een zekere verborgen medeplichtigheid van het Christendom met deze dodelijke ideologieën duidelijk herkenbaar. En zo worden ook de oude verleidingen van de christenen ten opzichte van Israël weer aan het licht gebracht: aan de ene kant het abstracte universalisme, dat de singulariteit* van Israël door haar uitverkiezing ontkent en aan de andere kant de zogenoemde ‘vervangingstheologie’, waardoor de Kerk zich deze uitverkiezing zonder meer toeëigent. In deze twee verleidingen vinden we de wortels van het anti-Jodendom dat eeuwenlang het christelijke denkbeeld heeft gekenmerkt.
Hoe komen wij hier vanaf? Drie elementen kunnen ons helpen.
Ten 1e: Dat we ons de joodse oorsprong van de Kerk realiseren, vooral dat we vanuit Israël Jezus ontvangen. En Jezus is altijd joods gebleven. Paus Johannes Paulus II sprak in 1986 (bij het 1e bezoek ooit van een paus aan een joodse synagoge) over een intrinsieke band tussen christenen en het Jodendom. Intrinsiek betekent van binnenuit, we horen bij elkaar, ondanks de scheiding die er is geweest.
Ten 2e: De verhouding met Israël van het missionaire perspectief losmaken en aan de oecumenische kwestie verbinden. De christenen van de eerste eeuw stonden voor de uitdaging om de eenheid te vinden tussen Joden en heidenen binnen de Kerk. Later is dat een scheiding tussen Joden en christenen geworden. Als wij nu Joden tegenkomen, worden wij naar de eerste vraag teruggeroepen, niet hoe wij missionair kunnen zijn naar hen toe, maar hoe wij de roeping van Israël beter kunnen verstaan en wat het betekent voor de eenheid van de Kerk.
Ten 3e: Een ‘ecclesiologische bekering’ (verandering van denken over de Kerk) berustend op bijbelstudie, op een cultuur van dialoog en op een zekere ‘eschatologische terughoudendheid’ (terughoudendheid wat betreft de eschatologie, de leer van de toekomende dingen). Met andere woorden: we dienen te beseffen dat niemand in staat is de plannen van God helemaal te begrijpen tot aan het einde van de tijden. Je kunt bijvoorbeeld niet zeker weten dat de joodse godsdienst sinds de komst van Jezus geen waarde meer heeft in Gods plannen, zoals tal van kerkvaders toch hebben beweerd in de tijd van de rivaliteit tussen de Kerk en de Synagoge.
Zijn wij daartoe bereid?
De vraag is nu of wij als christenen daartoe bereid zijn en hoe wij daarin samen de leiding van de Heilige Geest onderscheiden. Wat is over het algemeen het standpunt van de Kerk ten opzichte van het Jodendom? Het is interessant om te merken dat de nood aan vernieuwde relaties met het Jodendom zich in een bepaalde crisis van de christelijke missie vertaalt.
Schematisch gezien zijn er wat de missie betreft twee opties.
Joodse identiteit opgeven
Eerste optie: Zich helemaal onthouden van een missie die specifiek naar de Joden toe is gericht, gewoon uit respect voor hun identiteit als Joden en uit het besef dat ze het volk van God blijven met een eigen roeping. Dit is nu het standpunt van de meeste grote traditionele kerken. Maar dan is de vraag: zou het eigenlijk verkeerd zijn om het Evangelie aan Joden te brengen? Is het voor Joden soms schadelijk om in Jezus te gaan geloven? Indien de missie doorgaat zoals vroeger - vanuit de gedachte dat Israël als zodanig in de universele Kerk verdwijnt - en indien die missie uiteindelijk wel succesvol is, dan lijkt het wel op een ‘geestelijke genocide’. Dat is al vaker het verwijt geweest naar christenen toe. Maar is dat de bedoeling, dat Joden hun eigen identiteit moeten opgeven als ze in Jezus geloven?
Joodse identiteit behouden
Tweede optie: De missionaire opdracht blijft van kracht voor alle christenen, om het Evangelie aan alle volken te verkondigen, ook en zelfs als eerste aan Israël, zoals de apostel Paulus toen ook deed. Dat is het standpunt van veel evangelische kerken. Dan is de vraag: hoe voorkom je de fouten van het oude christelijke anti-Jodendom? World Evangelical Alliantie schreef over het evangelie en het Joodse volk (verklaring van Willowbank, 1989): wij bevestigen dat de verkondiging van Christus aan heel de mensheid ook inhoudt deze verkondiging aan de Joden, ja zelfs in de eerste plaats aan de Joden, zoals in de brief aan de Romeinen staat. In diezelfde tekst schrijft deze alliantie echter wel over respect voor de blijvende Joodse identiteit van de Joden. Dus dat is toch iets nieuws ten opzichte van hoe het in de loop van de eeuwen is gegaan.
Berouw en spijt uitspreken
Twintig jaar later had dezelfde alliantie in Berlijn in 2008 een nieuwe verklaring over de uniciteit van Christus en de evangelisatie onder Joden in Europa vandaag. De vraag was of die twee goed samen gaan in het Europa van vandaag. Messiaanse Joden van de beweging Jews for Jesus spraken mee. Ze verklaarden dat het normaal zou moeten zijn voor Joden die in Jezus geloven om de joodse gebruiken te praktiseren als uitdrukking van de trouw van God aan het joodse volk. Ook werd er berouw en spijt uitgesproken voor het geweld en de vervolgingen van christenen tegen Joden in de geschiedenis.
Is er een nieuwe manier?
Deze twee opties geven ons stof om na te denken en het verschil tussen de twee kan als een aansporing tot gebed gezien worden. Er was een onstabiele eenheid van Joden en niet-Joden in de vroege Kerk. Daardoor is het oude joodse christendom verdwenen. Is er nu een nieuwe manier om de joodse aanwezigheid in de Kerk voor te stellen?
Damien Artiges
*singulariteit van het volk Israël = bijzondere kenmerk van het volk Israël
Op 19 september 2018 is Damien Artiges in Brussel gepromoveerd op De singulariteit van Israël, een uitdaging voor de christelijke eenheid. Met zijn proefschrift wil hij een bijdrage leveren aan een zuivering van de christelijke blik op de roeping van Israël. Meer
Uit Bouwen aan de Nieuwe Aarde 2018-4
JODEN EN KERK OP WEBSITE KCV
Over het onderwerp Joden en Kerk, dat vaak in dit tijdschrift aan bod komt, is op de KCV-website een overzicht ingericht voor verdere katholieke studie hierover: www.kcv-net.nl/meer/a/onderwerpen/joden-en-kerk