We leren God beter kennen als we regelmatig met een open hart biddend de Bijbel lezen of horen voorlezen uit de Bijbel. Het is het Woord van God en hoe meer je erin thuis raakt, hoe meer je de rijkdom en innerlijke samenhang erin gaat ervaren.
Er is een tijd geweest dat katholieke leken in bepaalde streken te horen kregen dat ze beter niet zelf in de Bijbel konden lezen, omdat ze die verkeerd zouden uitleggen. Maar zeker sinds het Tweede Vaticaans Concilie (1962 - 1965) worden alle katholieken nadrukkelijk aangemoedigd zelf ook in de Bijbel te lezen. Het Concilie citeert daarbij de heilige Hieronymus die schreef: "Wie de Schrift niet kent, kent Christus niet."
Christus is volmaking van de Schrift, zoals die door Mozes en de profeten tot ons is gekomen. Hij is het mens geworden Woord van God. Ken je die Heilige Schrift niet, dan weet je ook niet waar Jezus Christus de vervulling van is. Jezus heeft aan zijn leerlingen uitgelegd hoe de geschriften die wij vaak nog ‘Oude Testament’ noemen over Hem gaan. Zoals aan de Emmausgangers: Beginnend met Mozes verklaarde Hij hun uit al de profeten wat in al de Schriften op Hem betrekking had (Lucas 24,27).
Jezus legt ons uit en leeft ons voor hoe wij Gods Woord in praktijk moeten brengen. Die uitleg lezen we in het Nieuwe Testament.
Tip: Lees in een ruk het hele evangelie volgens Marcus, dat is het kortste. Of het evangelie volgens Johannes. Wat je nu niet begrijpt, sla je gewoon over. Dat komt later wel. En lees ook samen, bijvoorbeeld in een lectio divinagroep.
Rustig ongestoord in je gedrukte Bijbellezen, heeft een groot voordeel. Maar ook op internet kun je de hele Bijbeltekst vinden. Ook de vertaling uit 1975, zoals die in de rooms-katholieke liturgie gebruikt wordt.