Mijn man heeft mij naar de Vechtse Banen gebracht om de Nationale Open Dag van de Charismatische Vernieuwing mee te maken. Ik kwam per auto en met rolstoel om ongeveer 12.30 u aan. Ik voelde me thuis en zag veel bekende mensen. Achter de rolstoel ben ik de grote zaal binnen gelopen, ben er in gaan zitten en reed me om me niet al te zeer te vermoeien, want ik wilde tot het einde kunnen blijven en tamelijk fit naar huis gaan. Multiple sclerose is erg vermoeiend voor me, en ik ga gauw over mijn grenzen heen. Eerst ben ik rechts van het middenvak gaan zitten, en toen ben ik door een vrouw van de groep in Wateringen naar het andere pad gereden. Zo zat ik dichter bij de mensen van de groep.
De Eucharistieviering begon na twee schitterende getuigenissen over wat God voor twee mensen, pater Ko en Jeanne Opstal, deed. De gebeden om innerlijke genezing, de lofprijzing, alles was perfect.
Maar ik weet niet wat er toen werkelijk met mij gebeurde. In april had ik in een Talitakumiweekend innerlijke genezing ontvangen. Dat was de tweede keer dat God mij innerlijk genas. Eerder in 1987 in een Talitakumiweekend, voor het Allerheiligste tijdens gebed om genezing speciaal voor de kinderjaren, was het alsof ik opnieuw werd geboren. Tussen de twee Talitakumiweekends in werd ik gedoopt met de Heilige Geest, en heeft God veel voor en met me gedaan.
Pia heeft mij naar voren gereden om de Communie te ontvangen. Dat ging heel goed, en het was erg mooi, vooral omdat het zo vlot liep. Na de communie heeft pater Darío het gebed voor lichamelijke genezing ingeleid. Hij vroeg ons aan de persoon links en rechts naast ons te zeggen welke genezing wij wilden of nodig hadden. Ik weet nog dat ik tegen Maria, de vrouw naast mij, zei: 'God weet het'. Toen baden we allemaal samen.
Dr. Dario Betancourt pr. en vertaler pater Co tijdens de inleiding 's morgens.
Hierna is pater Darío, wonderbaar instrument van God, met pater Ko als tolk, vol overtuiging begonnen te vertellen dat er iemand in de hal zat, die met behulp van iemand anders, van krukken, een stok of een rolstoel naar de Open Dag was gekomen, die genezen was en zonder hulp naar huis terug zou gaan. Hij herhaalde dat twee of drie keer en vroeg die persoon op te staan en naar voren te komen.
In het midden van de zaal stond er heel langzaam een vrouw op en hij vroeg haar: 'Bent u het?' Zij begon van haar plaats te komen en hij zei dat ze naar voren moest lopen, nee, rennen zoals ze gedaan had toen ze vijftien was! Ze rende naar het podium, en toen hij vroeg of ze kon springen, sprong ze. Er werd gejubeld en gejuicht en geklapt. We waren nog aan het klappen en prijzen, toen pater Darío zei: 'Dit is niet alles; er is nóg iemand. Er moet nóg iemand naar voren komen, die genezen is'.
Ik kan het niet precies zeggen, maar toen ongeveer begon ik me heel anders te voelen, vrij; alle spieren die vast, krampachtig en raar hadden gezeten, waren vrij. Van binnen voelde ik me ook anders, vol van iets bijzonders. Ik zat rond te kijken om te zien wie het zou zijn, en gelijk dacht ik: ben ik het? Meteen wist ik dat God mij naar voren moest sturen. Margaret kon letterlijk de nodige stappen zetten om bij het podium te komen. Ik zei tegen God: 'Als ík het ben, moet U mij naar voren laten gaan…'.
… Toen stond ik bij het podium pater Darío in het Engels te vertellen, dat ík het was. Er werd gevraagde of ik Nederlands sprak. Ik vertelde wie ik was, sprong en ging terug om de rolstoel te halen. Ik was helemaal beduusd.
Toen ging ik terug naar de stoelen. Er was er een vrij en ik kon normaal zitten om naar de mededelingen te luisteren, en stond bij de zegen en het slotlied, wat ik in maanden niet gedaan had. Ik had op geen enkele stoel comfortabel kunnen zitten; ze hadden snel de verkeerde hoogte, omdat ik klein ben en mijn rug en benen rustgevende steun nodig hadden.
Nadat ik door vele broeders en zusters die aanwezig waren gefeliciteerd was, ging ik met Rinus van onze gebedsgroep op zoek naar mijn man. Rinus had hem niet kunnen vinden omdat hij hem niet kende. Ik liep achter Rinus, die de rolstoel duwde, aan naar buiten en trof mijn man aan, die in de auto zat te wachten. Nadat ik hem alles verteld had, reden we naar huis. Onderweg stopten we voor een kopje koffie. Toen we op het punt stonden de parkeerplaats te verlaten, begon ik te huilen. Mijn man stopte met achteruit rijden en vroeg wat er mis was. Toen kon ik met mijn innerlijk oog zien, dat mijn vader en moeder met Jezus in de hemel mijn genezing vierden.
In de parochiekerk
Zondagmorgen heb ik onze pastoor verteld wat er met me gebeurd is. Op zijn verzoek heb ik het ook in de parochiekerk bij het begin van de Eucharistieviering aan alle parochianen verteld. Het was doodstil toen ik dat deed.
Huisarts
Dinsdag ben ik naar de huisarts geweest en hij deed een eenvoudig neurologisch onderzoek. Alles was prima. Wij hebben alles mogen afzeggen bij de Gemeentelijke Maatschappelijke Dienst en de andere instanties. Onze woning hoefde niet meer aangepast te worden.
Woensdag ben ik bij de oogspecialist - M.S. kan ernstige oogklachten veroorzaken - geweest, wat veertien dagen eerder was afgesproken. Nadat hij mijn ogen had onderzocht, zei hij dat het enige dat er aan mankeerde een luie spier in mijn rechteroog was. Dat heb ik al vanaf ongeveer mijn elfde jaar. Die spier evenwel werkt voor 80 á 90%.
Mijn fysotherapeut, die me vier jaar lang behandeld heeft, kon werkelijk het verschil in mijn rug- en beenspieren voelen. We hebben besloten de fysotherapie voort te zetten en tegelijkertijd de frequentie te verminderen om de spieren hun volle kracht en soepelheid te laten herwinnen, nadat zij lange tijd verkeerd gefunctioneerd hadden.
Alle onzekerheid, houterigheid is weg. Ik kan weer fietsen.
Prijst God. Hij is de Enige, de Weg, de Waarheid en het Leven.
M. d.B. Zuid-Holland
Uit: Bouwen aan de Nieuwe Aarde 1989-4
Acht maanden later kon ze nog steeds goed lopen. Zie de terugblik op genoemde bijeenkomst in a4097 op deze website, zoals in 1990 gepubliceerd in het informatiebulletin 1-2-1.
Boek van Dr. Dario Betancourt over genezing: Ik kom om te genezen