Voorwoord bij onderstaande citaten
In Christifideles laici is paragraaf 24 geheel gewijd aan charisma's. In andere paragrafen worden charisma's genoemd in deze opsommingen: roepingen, levensstaten, bedieningen, charisma's en verantwoordelijkheden (20), bedieningen en charisma's (21), taken en charisma's (25), bedieningen en charisma's (27), gaven en charisma's (31), roepingen en situaties, charisma's en bedieningen (45), charisma's en bedieningen (55), roepingen en levensstaten, charisma 's, bedieningen, taken en verantwoordelijkheden (64). Vooral het koppel charisma's en bedieningen valt op.
Kees Slijkerman, 2017
Citaten over charisma's uit de Postsynodale Apostolische Exhortatie 'Christifideles laici' van H. Paus Johannes Paulus II over de roeping en de zending van de leken in de Kerk, 30 december 1988
20 De kerkelijke gemeenschap wordt meer precies afgebeeld als een "organische" gemeenschap, naar analogie van een levend en werkend lichaam: zij wordt namelijk gekenmerkt door het samengaan van verscheidenheid en de complementariteit van de roepingen en de levensstaten, van de bedieningen, van de charisma’s en de verantwoordelijkheden. Dank zij deze verscheidenheid en complementariteit staat iedere lekengelovige in relatie met heel het lichaam, terwijl hij er zijn eigen bijdrage aan...
21 Het Tweede Vaticaans Concilie wijst erop dat de bedieningen en charisma’s gaven zijn van de Heilige Geest voor de opbouw van het Lichaam van Christus en voor zijn heilszending in de wereld. De Kerk wordt immers ingericht en geleid door de Geest die verschillende hiërarchische en charismatische gaven schenkt aan alle gedoopten die Hij roept om ieder op eigen wijze actief en medeverantwoordelijk te zijn.
De Charisma's
24 Terwijl de Heilige Geest aan de Kerkgemeenschap diverse bedieningen toevertrouwt verrijkt Hij haar met andere buitengewone gaven en impulsen, die charisma’s genoemd worden. Zij kunnen de meest verschillende vormen aannemen, hetzij als uitdrukking van de absolute vrijheid van de Geest die ze uitdeelt, hetzij als antwoord op de veelvuldige eisen van de geschiedenis van de Kerk. De beschrijving van de classificatie die teksten van het Nieuwe Testament geven aan deze gaven, zijn een teken van hun grote verscheidenheid: "Aan ieder van ons wordt de openbaring van de Geest meegedeeld tot welzijn van allen. Aan de een wordt door de Geest een woord van wijsheid gegeven, aan een ander een woord van kennis krachtens dezelfde Geest, aan een derde door dezelfde Geest het geloof, aan weer anderen schenkt de ene Geest gaven om ziekten te genezen, om wonderen te doen, de gave van de profetie, de onderscheiding van de geesten, velerlei taal of vertolking ervan" (1 Kor. 12, 7-10)
Of de charisma's buitengewoon zijn dan wel eenvoudig en nederig, zij zijn gaven van de Heilige Geest die direct of indirect een kerkelijk nut hebben omdat zij gericht zijn op de opbouw van de Kerk, op het welzijn van de mensen en op de noden van de wereld.
Ook onze tijd ontbreekt het niet aan bloei van verschillende charisma's onder de lekengelovigen, mannen en vrouwen. Zij worden aan de afzonderlijke personen gegeven, maar kunnen door anderen gedeeld worden; op deze wijze blijven zij in de tijd bestaan als een kostbare en levende erfenis die een bijzondere geestelijke verwantschap tussen de mensen schept. Juist met betrekking tot het apostolaat van de leken schrijft het Tweede Vaticaans Concilie: "De Heilige Geest, die het volk van God heiligt door het ambt en door de Sacramenten, verleent aan de gelovigen bovendien bijzondere gaven om dit apostolaat te kunnen verrichten. "Hij deelt ze aan ieder uit zoals Hij het wil" (1 Kor. 12, 11), opdat "ieder die met de gaven zoals hij die heeft ontvangen de anderen dient" ook zelf "als goede beheerder van Gods veelsoortige genade" (1 Pt. 4, 10) bijdraagt in de opbouw van het gehele lichaam in de liefde."
Volgens de logica van de oorspronkelijke schenking waaruit zij voortgekomen zijn, eisen de gaven van de Heilige Geest dat degenen die ze ontvangen hebben, ze uitoefenen voor de groei van heel de Kerk, zoals het Concilie in herinnering brengt
De charisma's moeten in dankbaarheid aangenomen worden door wie ze ontvangt maar ook door de gehele Kerk. Zij zijn immers een bijzondere genaderijkdom voor de apostolische vitaliteit en voor de heiligheid van het gehele lichaam van Christus, mits zij gaven zijn die werkelijk van de Geest komen en uitgeoefend worden geheel overeenstemming met de authentieke impulsen van de Geest. In deze zin is de onderscheiding van de charisma's steeds noodzakelijk. Want "de werkzaamheid van de Heilige Geest die waait waar Hij wil, wordt niet altijd gemakkelijk onderkend en aanvaard", zoals de synodevaders gezegd hebben. "Wij weten dat God werkzaam is in alle christengelovigen en wij zijn ons bewust van de weldaden die uit de geestesgaven voortvloeien zowel voor ieder afzonderlijk als voor de christengemeenschap in haar geheel. Tegelijk echter zijn wij ons ook bewust van de macht der zonde en van haar inspanning om het leven van de gelovigen en van de gemeenschappen in beroering en verwarring te brengen".
Daarom ontslaat geen enkel charisma van de verbinding met en de onderwerping aan de herders van de Kerk. Het Concilie schrijft met duidelijke woorden: "Het oordeel over hun echtheid en hun ordelijke beoefening komt toe aan degenen die in de Kerk leiding te geven hebben en wier bijzondere taak het is om niet de Geest uit te doven, maar alles te onderzoeken en het goede te behouden", opdat alle charisma's in hun verscheidenheid complementariteit meewerken aan het algemene welzijn.
De deelname van de lekengelovigen aan het leven van de Kerk
25 De lekengelovigen nemen niet alleen deel aan het leven van de kerk door de uitoefening van hun taken en charisma’s maar ook op vele andere wijzen. Deze deelname vindt haar eerste en noodzakelijke uitdrukking in het leven en de zending van de particuliere kerken, van de bisdommen, waarin “de ene,...
27 De bedieningen en charisma`s die verschillend en complementair zijn, zijn alle noodzakelijk voor de groei van de Kerk, elk op eigen wijze. De lekengelovigen moeten steeds meer overtuigd zijn van de bijzondere betekenis die de apostolische inzet in hun parochie krijgt.
31 Wij zijn allen, herders en gelovigen, verplicht voortdurend broederlijke banden en betrekkingen van achting, hartelijkheid en samenwerking te koesteren en te voeden tussen de verschillende vormen van vereniging van gelovigen. Alleen zo kan de rijkdom aan gaven en charisma's die de Heer ons aanbiedt, zijn vruchtbare en ordelijke bijdrage leveren tot de opbouw van het gemeenschappelijke huis: "Voor de saamhorige opbouw van het gemeenschappelijke huis is het bovendien nodig dat iedere geest van antagonisme en contestatie afgelegd wordt en dat men veeleer wedijvert in achting voor elkaar, in wederzijdse voorkomendheid in de liefde en in de wil tot samenwerking, met geduld en vooruitziendheid en met de bereidheid tot het offer dat het soms kan meebrengen".
45 In zijn uitleg van de bladzijde van het Evangelie verklaart de heilige Gregorius de Grote de verschillende uren waarop de arbeiders geroepen worden, door ze in verband te brengen met de leeftijden. (...) Wij kunnen de uitleg van de heilige Gregorius de Grote hernemen en uitbreiden in verband met de buitengewone verscheidenheid van mensen in de Kerk, die allen en ieder geroepen zijn om te werken voor de komst van het Rijk Gods volgens de verschillende roepingen en situaties, charisma's en bedieningen.
55 Alle leden van het volk van God zijn arbeiders in de wijngaard: de priesters, de religieuzen, de lekengelovigen, allen tegelijk object en subject van de gemeenschap van de Kerk en van de deelneming aan haar heilszending. Wij werken allen en ieder in de ene en gemeenschappelijke wijngaard van de Heer met verschillende en elkaar aanvullende charisma's en bedieningen.
De christenen zijn ranken van de ene vruchtbare wijnstok die Christus is, reeds op het vlak van het zijn, nog voordat zij het zijn op het vlak van het handelen: zij zijn levende ledematen van het ene lichaam van de Heer, dat opgebouwd is in de kracht van de Geest.
64 Het levendige begrip van de kerkelijke gemeenschap, die gave van de Geest is welke ons vrije antwoord verlangt, zal als kostbare vrucht de harmonische bevestiging in de "ene en katholieke" Kerk hebben van de rijke verscheidenheid van de roepingen en levensstaten, van de charisma 's, van de bedieningen, taken en verantwoordelijkheden, alsmede een meer overtuigde en besliste samenwerking van de groepen, verenigingen en bewegingen van de lekengelovigen in de saamhorige vervulling van de gemeenschappelijke heilszending van de Kerk zelf.
Vertaling zoals 26-12-2017 op www.rkdocumenten.nl