Kees Slijkerman
Uit Bouwen aan de Nieuwe Aarde 1990-1
Het is iets meer dan twee jaar geleden dat we in Breda de synodedag hebben beleefd, samen met mensen uit allerlei bewegingen en parochies. Synodedeelnemer Mgr. Dr. J.F. J.F. Lescrauwaet m.s.c., hulpbisschop van Haarlem, bracht ons toen verslag uit van de bisschoppensynode in Rome. De einduitslag van deze synode liet lang op zich wachten. Het werd een document van tweeënnegentig pagina's, genaamd 'Christifideles Laici', een Pauselijke Aansporing na de Synode. Kees Slijkerman besprak de inhoud met Mgr. Lescrauwaet.
We hebben in de Katholieke Charismatische Vernieuwing in 1985 met concilie- en bijbelteksten de vormingscursus 'Vorming, Roeping en Zending van Leken' gemaakt en gevolgd.
In 1987 is er gebeden en gevast voor een goede uitslag van de bisschoppensynode over de roeping en zending van de leken. In 1988 verscheen het officiële resultaat.
Op welke punten heeft de Kerk vooruitgang geboekt door deze synode?
NIEUW
Mgr. Lescrauwaet: "Op zeker vier punten.
- De positie van de gelovigen is nu als uitgangspunt genomen door heel bewust te beginnen met de vraag: wat betekent het gedoopt zijn en zo Christus toe te behoren?
- Het doopsel wordt nu vrijwel steeds genoemd samen met het vormsel, het Geestessacrament. In het Tweede Vaticaans Concilie gebeurde dit niet zo nadrukkelijk.
- Voor gehuwden betrekt men het huwelijkssacrament daar bij. Dat is in het concilie nooit gebeurd. Men zegt nu: deze drie sacramenten zijn voor veel gelovigen het uitgangspunt voor omgang met het leven. Dat is nieuw.
- Nieuw is ook dat men in beginsel heeft gezegd dat er bedieningen in de Kerk zijn waarvoor geen wijding nodig is, maar die wel teruggaan op een roeping van Godswege en behoren bij de zending die de Kerk heeft. Denkt u maar aan catechisten, aan mensen die voorgaan in Woorddiensten en aan allerlei vormen van persoonlijk pastoraat."
Ook leiders in de charismatische vernieuwing?
"Ja, dat hoort er zeker onder, daar is geen twijfel over: gangmakers en begeleiders, die hun medegelovigen samenbrengen. Hun kerkelijke 'bediening' blijkt, waar gesproken wordt over de geestelijke bewegingen (vooral in nrs. 29-31). De bewegingen worden daar als zodanig gerekend als behorend tot de gestalte van de Kerk. Daarmee wordt ook de structuur van zo'n beweging erkend en kerkelijk van belang geacht. Dat is nieuw. Vaticanum II geeft daar wel een aanzet toe, maar dit openvouwen in vier grote paragrafen van dit document, dit is beslist nieuw.
SERIE CHARISMATA
Bij het spreken over bedieningen in de Kerk gaat men in dit stuk uit van de serie charismata, gaven van Godswege. Op grond daarvan zijn er bedieningen, taken en functies."
Gaat men uit van de in de bijbel genoemde charismata?
"Daar is zeker aan gedacht. Alle reeksen die Paulus noemt, komen er in terug. (Met name de paragrafen 13, 20, 21-24. Vooral 24.) Maar men heeft zich niet op die reeks willen vastleggen. Die kunnen ook wat tijdbepalend zijn.
Sommige gaven, zoals apostelschap, leraar- en herderschap (zie bijvoorbeeld Efeziërs 4,11) zijn structureel voor de Kerk. Deze werden sacrament en kunnen nooit en nergens ontbreken in de Kerk.
Andere gaven komen en gaan. Daarbij denk ik bijvoorbeeld aan Teresa van Avila en Johannes van het Kruis, mystieke figuren, die je niet kunt opleiden, die worden ineens aan de Kerk geschonken."
APOSTEL VAN JEZUS ZIJN
In de voorbereiding op die synode hebben we vanuit de Charismatische Vernieuwing ook inspraak gehad. We stelden: 'Als de Heilige Geest charismata en geestelijke gaven toevertrouwt aan leken, dan moeten zij daarmee een zekere bediening uitoefenen'. En we vroegen om studie ten aanzien van de charismata: 'Verduidelijkt zou mogen worden hoe de bedieningen die in de Heilige Schrift worden opgesomd, met name in 1 Korinitiërs 12,28 en Efeziërs 4,11, voorkomen onder leken (en onder de niet-katholieke christenen), zowel mét als zónder officiële aanstelling van de kant van de hiërarchie'.
Zelf hebt u tijdens de synode in deze lijn gepleit voor een nauwkeurig begrip van de 'verschillende gaven, … vele vormen van dienstverlening, … allerlei soorten werk' (1 Korintiërs 12,4-5). Wat bedoelde u daarmee? Is hierover iets in het slotducument terecht gekomen?
"Ja, dat is in beginsel inderdaad gebeurd, en wel op aandringen van vele synodeleden. Er is onderscheid gemaakt tussen apostolaat en pastoraat. De zending die iedere gedoopte heeft om het evangelie door te geven noemt men apostolaat: zich in het voetspoor van de apostelen door de Heilige Geest gezonden weten en getuigenis van Jezus geven. Het woord apostolaat dienen wij dus te zien in verband met apostel van Jezus zijn.
Daarnaast worden bepaalde structurele blijvende diensten in de Kerk pastoraat genoemd. Dit woordgebruik door de synode, ingezet door Vaticanum II, is vooral een praktische keuze. Pastoraat duidt nu op een herderlijke bediening.
Dit onderscheid tussen apostolaat en pastoraat neemt niet weg dat in pastoraat natuurlijk ook een apostolische zending moet zijn. En als een lekenapostel zorg heeft voor het geloof van zijn medegelovingen, dan is hij herderlijk bezig.
De synode heeft helderheid gebracht door te zeggen:
- Alle gelovingen hebben een apostolische taak. Ze krijgen genade daartoe en hebben verantwoordelijkheid daarvoor.
- Sommigen worden bovendien door een speciale sacramentele wijding/zending met pastorale taken binnen de Kerkgemeenschap belast.
- Het is mogelijk dat somminge lekengelovigen die niet tot pastor gewijd zijn, toch bepaalde pastorale taken krijgen, waarvoor geen wijding nodig geacht wordt."
Dan is wel een officiële aanstelling nodig?
"Ja, om de samenhang rond een bisschop te bewaren. De bisschop geeft dan aan een lekengelovige, op grond van die apostolische begenadiging die hij al heeft, bepaalde pastorale taken ten bate van de hele gemeenschap. Leiderschap van een charismatische kring kan daar heel duidelijk onder vallen."
Dat gebeurt tot op heden zonder aanstelling. Zou nu wat van onderen gegroeid is, door de inwerking van de Geest, van boven af door een bisschop bevestigd moeten worden?
"Dat zou mógen. Die zending van de bisschop moet je dan niet allereerst beschouwen als een zorg om alles te betuttelen maar om de eensgezindheid te bewaken, en wel als een zegen van het apostolisch ambt. De belofte van Christus 'Ik ben met de apostelen en zend daartoe de Geest' wordt daarmee duidelijk geactualiseerd. Het kan ooit ook corrigerend werken dat een bisschop aan een charismatische leider de eens gegeven zending onttrekt. Uiteraard in overleg met de betrokkenen. Je hoeft dus niet direct bang te zijn voor eenzijdige tussenkomst of voor bureaucratische inmenging."
Is dit in de Nederlandse Vernieuwing gerealiseerd?
"Op verre afstand: er zijn bisschoppelijke referenten die contact onderhouden met de charismatische groepen en goed met hen in dialoog staan. Ze kunnen elkaar vragen stellen en weten waar wederkerig de zorg ligt. Misschien is dat voor dit moment genoeg. Dit is niet nieuw in de geschiedenis. Als een bisschop iemand de zegen gaf om een orde of congregatie te stichten, dan was die orde of congregatie er al voordat ze gewettigd werd."
NIET VAN ÉÉN BISSCHOP
Veel mensen zullen bang zijn dat je op deze manier in een keurslijf terecht komt.
"Die vrees moet men uitspreken en de bisschoppen moeten zich realiseren dat die risico's er in zitten. Het mag ook niet afhangen van één bisschop. Beter is, wat we nu ook hebben, een bovenbisdommelijke aanpak. Zolang er vanuit de beweging geen behoefte is aan verdere structurering, zullen de bisschoppen er geen poging toe doen."
LEEK = PRIESTER, PROFEET-LERAAR, KONING
In het slotdocument worden de lekengelovigen nogmaals uitgenodigd zich het inzicht eigen te maken dat ze deel hebben aan het drievoudig ambt van Christus. Als leek zijn we priester, profeet-leraar en koning in Christus. Wie moet nu dit inzicht op de leken overbrengen? Voor 99% van de leken is het slotdocument te moeilijk om te lezen.
"De bisschoppen willen zorgen voor een leesbare editie met richtlijnen voor gespreksgroepen. Dat is ook met de laatste sociale encycliek gedaan."
Daarin miste ik de aanzetten om de tekst ook biddend te verwerken.
"U hebt gelijk. Het is inderdaad een wat eenzijdig intellectueel document. Op de synode zelf was het bidden geïntegreerd in het werkprogramma van elke dag. In het document komt dat niet uitdrukkelijk naar voren."
Het document is vanuit een gebedssituatie ontstaan, en zou ook biddend ontvangen en verwerkt moeten worden?
"Dat zou goed zijn, ja."
INVLOED CHARISMATISCHE VERNIEUWING
Tijdens die synode was er de nodige aandacht voor de charismatische vernieuwing. Is in het slotdocument ook invloed van de charismatische vernieuwing terug te vinden?
"Misschien.
- De charismata worden uitdrukkelijk aan de orde gesteld als bouwstenen van de Kerk.
- De beweging wordt, naast andere bewegingen, erkend en toegeschreven aan de Heilige Geest.
- De bisschoppen worden opgeroepen in hun bisdommen deze bewegingen toe te laten en te bevorderen. Die bewegingen dienen dan ook van hun kant contact met de bisschoppen te zoeken."
Er zal een lijst opgesteld worden van officieel goedgekeurde verenigingen. Prof. Groot-Wassink vroeg zich af of hij in Rome nu erkenning van het CRK moest aanvragen.
"Men gaat zo'n beweging pas erkennen als enige tijd gebleken is wat de vruchten zijn. Men neemt er kennis van en wacht voorlopig af. Als het van Gods Geest komt dan zal dat blijken. De CRK en de Acht-Meibeweging zijn echter geen bewegingen waar mensen zich aan elkaar engageren in een persoonlijke toewijdig aan God en aan elkaar, zoals in een gebedsgroep. Het zijn meer groepen en individuele personen die belangstelling tonen voor bepaalde samenkomsten en incidentele activiteiten, zonder persoonlijke of blijvende verbintenissen aan te gaan.
In een gebedsgroep verbindt men zich aan die groep om zijn geestelijk leven op een bepaalde manier die de anderen kennen en delen, te beleven. Dat is toch wat anders. De charismatische beweging, daar zitten de mensen met huid en haar in. Ze leeft van geëngageede mensen die zich krachtens een geloofsbeslissing en geloofsgehoorzaamheid aan Gods Geest voornemen een bepaald gebedsritme in hun leven in te bouwen en dit samen met geestverwanten ook zichtbaar gestalte willen geven. Zo ontwikkelt zij als blijvende beweging binnen de kerkgemeenschap een bepaalde stuwende levenskracht, een dynamiek van Christus' Geest."
'Christifedeles Laici', 92 pagina's, is een uitgave van het Secretariaat Rooms Katholieke Kerk [Op www.rkdocumenten.nl staat deze vertaling]
In Christifideles laici is paragraaf 24 geheel gewijd aan charisma's.