De titel van een lied dat naar aanleiding van de film Roots Kunta Kinte is gemaakt door een Surinaamse band luidt Mie Na Kunta Kinte,….Mi a no Toby. Dat betekent: Ik ben Kunta Kinte, ik ben geen Toby! Bij zijn geboorte in Afrika kreeg hij de naam Kunta Kinte, die was hem afgepakt. Hij werd onder marteling gedwongen zich voortaan Toby te noemen. Dit had geestelijk een diepe uitwerking op hem, want zijn naam was zijn laatste eer. En die werd hem afgenomen. Een grote vorm van ontering en vernedering, ontkenning van zijn eigen identiteit en afkomst.
Op een avond hoorde ik over een televisieserie Roots Kunta Kinte. Bij het zien ervan werden mijn denken, mijn wereld en mijn leven diezelfde avond nog compleet verstoord. Ik was ongeveer 13 jaar. Ik begreep niets meer van het leven.*
Waarom doet niemand hier iets aan?
Ik kon er toen met niemand over praten, want ik wist niet wie het eens was met alles wat ik voelde. Spontaan veranderde mijn liefde voor mijn schoolkameraden, diezelfde avond nog. Voor de leraren en de lesstof. Waarom praat niemand hierover? Waarom doet niemand hier iets aan? Waarom wordt op de scholen niet verteld hoe het werkelijk zit? Hoe kan dit in een wereld van mensen met elkaar en voor elkaar? Mijn wereld en mijn denken is: met en voor elkaar. Blank of zwart zag ik niet. Op die avond veranderde dat beeld drastisch.
Nederland zwijgt
Nederland, zwijg jij in alle toonaarden over je eigen slechte daden, je verleden dat je altijd bij je draagt en waardoor je de ander niet verdraagt? Je ziet gewoon niet hoe je hem met je woorden belaagt en verlaagt. Jouw verleden, dat steeds in je ogen staat en dat je niet kwijtraakt. Zie je het niet?
Je pronkt wel met je onterecht verkregen buit. Het is bijna een aanklacht jegens jezelf, want van die buit kom je nooit meer af.
In mijn leven werd duidelijk hoe vreselijk ik persoonlijk de slavernij en de ontkenning vond. Je sluit je ogen voor waarnaar ik steeds moet kijken.
Wonder boven wonder zie je niets van het verleden dat heden binnen in je is. Mijn dikke lippen, mijn brede neus en vooral dat ik dom ben en lui en er helemaal niets met mij valt te beginnen … Wrevel komt er in mij los als ik dat hoor. Je kunt wél je voorouders op een voetstuk plaatsen, ze een imposante status geven met een ijzeren beeld. Je plaatst ze op de hoeken van de straat. Het imago van ónze zonen leg je vast op een gouden kar, ongevoelig voor de pijn en vernederingen van mijn volk, mijn mensen, mijn familie, mijn voorouders.
Wij delen in elkanders vreugde en in elkanders pijn, maar ook in elkanders recht. Zo is toch hoe het leven hoort te zijn? Waarom zijn jullie dan zulke andere mensen? Waarom dan vreugde bij het leed en de ontering van hen, met een zwart gen, afgebeeld op een gouden koets?
Mij kopen en mishandelen
Wij moesten van armoede creperen, wij ‘domme en luie mensen’, zodat jullie rijkdom zouden verwerven, zonder er zelf voor te werken. Ik kan het niet meer volgen, je denken en wensen. Jij bent altijd ‘beter, mooier, schoner, slimmer en rijker’. Je overheid gaf je ‘een recht’ dat bepaalde dat je beter was, dat jij met mij kon doen wat in je hart was opgekomen: mij kopen, mij mishandelen en voor je laten werken. Daar hoefde je geen rekenschap van af te leggen. Jouw naam en jouw faam gaven jou dat recht. Als je kleur maar wit was en je ogen blauw, had je genoeg te zeggen.
Wat heb ik daaronder geleden
Een paar jaar later begreep ik pas de grote onderdrukking en mishandeling in het leven van mijn eigen moeder. Die boze geest die ons mishandelde, manipuleerde en discrimineerde - waar niemand vergeving voor had gezocht - had mijn vader in zijn greep. Hij gaf er niet om wat hij mijn moeder aandeed, als hij maar het plezier had.
Wat een chaos en een verwarring. Wat heb ik daar onder geleden. Jarenlang had dit alles effect op wat ik deed, wie ik was en wie ik wilde zijn. Wat een pijn..., wat een pijn.
Waarom?
Het ging van kwaad tot erger. Vroeg van huis weggelopen, vechtpartijen, vooral wanneer ik duidelijk zag dat er onderscheid werd gemaakt in ras, kleur, geloof of sekse. Gokken, drinken, stelen, relaties met vrouwen, meerdere tegelijk. Liegen, bedriegen, maling hebben aan alles en iedereen. Wat deed ik toch hier, vroeg ik me af. Waarom zijn wij weg van ons moederland Suriname? Ver weg van al onze dierbaren, die zo grote familie, de ouderen die ons zo fijn knuffelden, voor ons kookten, ons lichaam met kokosolie insmeerden na een stevig bad in de regen en daarna een warme maaltijd gaven. Een kopje warme, zelfgemaakte cacao of een glas koud zuurwater wanneer wij dorst hadden en er om vroegen. Verhalen van oma en overgroot oma. Ver weg van de plantages, die vernietigd zijn achtergelaten na plunderingen, uitbuiting en onteigening. Ze spreken stilzwijgend voor al die mensen en hun niet uit te wissen verleden.
Men zou moeten spreken
Deze donkere periode in mijn leven heeft vele jaren geduurd. Ik wist dat men zou moeten spreken, inzien, herkennen en erkennen, dat men onterecht, uit een positie van macht, de beschaving van volksgenoten en het land op geen enkel gebied heeft gerespecteerd en hooggeacht, zoals God ons leert. Eerder nog heeft men keihard vastgehouden aan een hart dat verhard was door hebzucht en hoogmoed. Men zou moeten spreken..., men zou echt moeten spreken. God is liefde en barmhartigheid. Hij opent de ogen en harten van wie blind zijn.
Bevrijdende excuses
Minister-president Mark Rutte heeft op 19 december 2022 tijdens een toespraak excuses aangeboden voor het handelen van de Nederlandse staat in het verleden: postuum aan alle tot slaaf gemaakten die wereldwijd onder dat handelen hebben geleden, aan hun dochters en zonen en aan al hun nazaten tot in het hier en nu. Hij zei erbij: “Lange tijd dacht ik dat het niet goed mogelijk is op een betekenisvolle manier verantwoordelijkheid te nemen voor iets dat zo lang geleden is, en waar niemand van ons zelf bij is geweest. Lange tijd dacht ik dus eigenlijk: het slavernijverleden is geschiedenis die achter ons ligt. Maar ik had het mis…”
Dit is waar ik jarenlang op heb gewacht. Deze excuses hadden dan ook een enorme uitwerking op mij. Dagenlang heb ik tranen van bevrijding gehuild.
Shirley S. Zichem
Op onze open dag tweede pinksterdag 2024 zijn de voor velen bevrijdende excuses van koning Willem-Alexander voorgelezen. In die toespraak, op 1 juli 2023, vroeg de koning ook om vergiffenis. Verslag daarvan staat in Bouwen aan de Nieuwe Aarde 2024-3.
*Tip: Bekijk die film, zo mogelijk in groepsverband, dan kun je er meteen over praten en je eigen gevoelens delen.
Bijbel over 'Wij hebben gezondigd'
Schuld belijden voor wat je voorvaderen deden, om van de gevolgen verlost te worden, dat leert God ons in Leviticus 26,40. Nehemia en Daniël brachten dat in praktijk door te bidden: Wij hebben gezondigd (Daniël 9,5; Nehemia 1,6).
Lied Shirley heeft veel steun gehad aan bovengenoemd lied Mie Na Kunta Kinte,….Mi a no Toby, Ik ben Kunta Kinte, ik ben geen Toby!, hieronder te beluisteren op Youtube.
Uit Bouwen aan de Nieuwe Aarde 2023-2