Uitleg over Veertigdagentijd

Joël 2,12-18

Aswoensdag

Keer u om naar Mij met heel uw hart (Joël 2,12)

Veertigdagentijd! De komende veertig dagen gaan we op reis door de “woestijn” van vasten, gebed en werken van liefdadigheid, op weg naar de viering van Jezus’ verrijzenis met Pasen.

We weten allemaal dat een woestijn onbewoonbaar is en vol gevaren, en dat het er ontbreekt aan basisbehoeften zoals voedsel en water. Waarom zou een sterveling daarheen gaan? Klaarblijkelijk alleen uit gehoorzaamheid aan God. Het evangelie van Marcus zegt dat het de heilige Geest was die Jezus de woestijn in “dreef” (Marcus 1,12). Het was de Geest die Hem drong om naar deze plaats van beproeving en verleiding te gaan.

Waar vond Jezus de kracht om onder de barre omstandigheden van de woestijn te overleven en om de verleidingen te weerstaan? In het woord van God. Hij overleefde het omdat Hij op God vertrouwde en op alles wat Hij beloofd had.

Zoals het met Jezus ging, zo gaat het nu met ons. Vanaf vandaag wil de heilige Geest ons naar de woestijn brengen. Hij wil ons losmaken van de gemakken van ons huis, zodat we ons kunnen richten op het overwinnen van de zonde en de morele zwakheid die tussen ons en God in staan. Maar we gaan niet alleen. De Geest zelf zal ons bijstaan in onze zwakheid (Romeinen 8,26). Hij zal ons leiden en aanmoedigen als we beproefd worden (1 Korintiërs 10,13).

Natuurlijk moeten wij ons steentje bijdragen. We moeten bereid zijn om te “vechten voor de goede zaak van het geloof” (1 Timoteüs 6,12). Maak dus een plan om deze Veertigdagentijd daadwerkelijk te vasten. Maak tijd vrij om elke dag te bidden en u in Gods woord te verdiepen. Wees royaal voor mensen in nood. Keer zo naar de Heer terug, en Hij zal u zegenen.

Laten we ons in deze Veertigdagentijd openstellen voor Gods gunst (2 Korintiërs 6,2). Laten we Hem vragen ons te vervullen van zijn genade, liefde, wijsheid en kracht zodat we elke beproeving die op onze weg komt kunnen doorstaan. Als we open zijn, zullen we niet teleurgesteld worden!

“Heer, open mijn ogen voor uw aanwezigheid hier in de woestijn. Help me de zonde te overwinnen die mij van U scheidt zodat ik me op Paaszondag mag verheugen met U.”

Psalm 51,3-6+12-14+17

2 Korintiërs 5,20 – 6,2

Matteüs 6,1-6+16-18

Uit: Het Woord Onder Ons - 2014

a4064 op www.kcv-net.nl