DOORHEEN HET LEVEN, DOORHEEN DE DOOD

Han van Lijf

Dit boeiende boek vertelt het verhaal van een ongeneeslijke zieke, Roel Visser, die tijdens zijn ziekte- en stervensproces zich met hart en ziel bekeert tot God en tot de Katholieke Kerk.

Het is geschreven door zijn echtgenote Marianne Visser van Klaarwater. Zij getuigt in het boek van de leiding en bevestiging door God die zij heeft mogen ervaren om tot een echte diepe eenheid met haar Schepper te komen.

Opvallend is dat het boek is geschreven in briefvorm. De brieven zijn gericht aan de overleden echtgenoot, Roel Visser. Het zijn er zeven. De lezer krijgt al lezende geleidelijk pas een tijdskader om de gebeurtenissen te plaatsen.

Het boek heeft een aanbeveling van de hulpbisschop van Haarlem-Amsterdam, mgr. Hendriks, die een persoonlijke bekende is van de schrijfster.

Liefde

De eerste brief gaat over het belangrijkste in de relatie van mens tot mens en van mens tot God en vooral van God tot mens: de liefde. Marianne citeert direct uit het bekende Hooglied van de liefde, van Paulus (1 Korintiërs 13). De schrijfster herinnert zich de trouwdag, die zij nu na het heengaan van Roel alleen viert, heel anders dan zij zich jaren tevoren had voorgesteld.

Zij schrijft dat zij achteraf de kortstondigheid van het leven inziet en herinnert zich de woorden van Psalm 90,3-6, waarin geschreven wordt dat God de mensen tot stof laat vergaan zoals het gras 's morgens bloeit en 's avonds verwelkt.

Marianne ontdekte door het ziekteproces van Roel de fundamentele eenzaamheid van elk mens, die uiteindelijk altijd op God wordt teruggeworpen. Zij herinnert zich de woorden van Psalm 118,8-9: Beter is het tot God zijn toevlucht te nemen dan op mensen te bouwen, beter tot God te gaan dan te vertrouwen op vorsten. Vanwege de ernstige toestand van haar echtgenoot nam zij haar toevlucht tot het gebed om kracht en klampte zich vast aan God.

Sterke band met hemel

In haar tweede epistula legtMarianne de nadruk op de zin van het lijden. Zij voelde een sterke band met de hemel en beleefde het geloof als een geschenk van barmhartigheid. Zoals Lucas 1,50 het verwoordt: Barmhartig is Hij van geslacht tot geslacht voor ieder die Hem erkent.

In de verdere brieven komen diverse aspecten aan de orde. Tijdens de ziekte van Roel kwamen er ook beproevingen, waardoor de ziel vol twijfels zat en God ver weg leek. In de Bijbel staat dat de apostelen hun netten in de steek lieten en Jezus volgden (Marcus 1,18). Deze tekst inspireerde Marianne en Roel om ook de weg van Jezus te volgen.

Ook het lijdensverhaal van Jezus was een grote troost tijdens het lijden, net als het beroemde verhaal van de storm op het meer van Galilea (Marcus 4,35-41). Voor Roel was het nu ook de uitdaging om tijdens de storm van het lijden te blijven vertrouwen op God. Desondanks had Roel tijdens zijn ziekte al een dusdanig sterk geloof dat geloven bijna weten werd. Dit herinnert aan Hebreeën 11,1: Het geloof is de vaste grond voor wat wij hopen en het bewijs voor wat wij niet zien.

Woestijn van ziekte

In de woestijn van ziekte, waar alle dokters ten einde raad zijn, is God de enige hoop, net zoals God tijdens de tocht door de woestijn de enige hoop voor het volk was (zie Deuteronomium 26,7-10). Roel was deze weg door de woestijn gegaan en werd in 2008 tot de Katholieke Kerk toegelaten. Door diverse gebeurtenissen en ontmoetingen op bepaalde plaatsen en op bepaalde tijden ervoer Marianne de leiding van God. De Heilige Geest leidde haar en haar man in een netwerk van personen en gebeurtenissen waarin zij Gods leiding konden vinden.

Roel en Marianne hebben veel troost gehad aan het leven van Paus Johannes Paulus II en zijn stappen op de mystieke weg, zo lezen we in het hoofdstuk daarna. De paus heeft tot het einde toe, ondanks zijn ziekte, het pausschap uitgeoefend. Hij vond zijn kracht in Jezus, die ook niet van het kruis afkwam, maar zijn via dolorosa tot het bittere einde ging. De stappen van deze mystieke weg herkende de schrijfster ook in het leven van haar echtgenoot.

In de laatste brief blikt Marianne terug, exact een jaar na de sterfdag. Zij krijgt van diverse personen een kaartje als teken dat men Roel niet vergeten is. Zij denkt aan de woorden van Paulus uit Hebreeën 13,14, Wij hebben hier geen blijvende stad, maar zien reikhalzend uit naar de toekomstige. De gedachte dat Roel in de hemel is, veranderde de treurnis bij Marianne in een lofprijzing.

Concreet voorbeeld

Het boek is waardevol omdat de gelovige in dit boek een concreet voorbeeld krijgt hoe God zich laat voelen en merken in het alledaagse leven hier op aarde; hoe de Heilige Geest concreet in het hier en nu leiding geeft.

Boek: Marianne Visser van Klaarwater, Doorheen het leven, doorheen de dood. Uitgeverij Boekscout, Soest 2012, 198 pagina's, prijs 16,95 euro. ISBN 9789461769336. Online te bestellen, o.m. bij www.carolushuis.nl; telefonisch bij

Marianne Visser van Klaarwater, tel.023 5404244

------------

Uit: Bouwen aan de Nieuwe Aarde 2012-6